Grou, 4 maart 2013
Koos Dijksterhuis is in journalist dy’t elke dei yn ‘Trouw’ oer de natuer skriuwt.
Op 15 novimber 2011 skreau er it folgjende:
Buitenissige geslachtsdelen
Pas op, dit stukje gaat over seks. Seks tussen vrouw en man, tegelijkertijd nog wel.
Biologen vragen zich sinds de seksuele revolutie af waar buitenissig geschapen penissen aan te danken zijn. Niet alleen bij mensen, bij dieren van allerlei slag. Zij dachten dat de penis een voor vrouwen onweerstaanbaar orgaan was. Vooral mannelijke biologen hangen deze theorie aan. Wat die theorie trouwens nog niet weerlegt. Als vrouwen minnaars kiezen vanwege hun lid, ontstaat er een evolutionaire wedloop. De man met de grootste, knobbeligste of stekeligste, krijgt de meeste vrouwen. En dus de meeste nakomelingen, die de onweerstaanbare eigenschappen van hun vader erven. Waardoor de penis steeds groter, knobbeliger of stekeliger wordt.
Vorm en formaat van de penis zijn decoratief, maar verder nutteloos, net als de pauwenstaart en de hanenkam. De vorm van de vagina doet er al helemaal niet toe. Bioloog Menno Schilthuizen schrijft hierover in het vakblad Bionieuws. Niet alleen mannelijke, ook vrouwelijke geslachtsdelen zijn verrassend veelzijdig van vorm. Dat bracht andere biologen op het idee dat penis en vagina in wisselwerking evolueren, waarbij de vrouw probeert de penis te weren, terwijl de man probeert de vrouw te enteren. Er is een fruitvlieg met twee grijpertjes op zijn penis. Als je die verwijdert, heeft hij geen grip meer op vrouwtjes en is paren onmogelijk. Muskuswoerden hebben decimeters lange penissen die opgerold zitten en als een kurkentrekker worden gelanceerd. De vorm van de eendenvagina blijkt van allerlei vormen het lastigst te penetreren. De eendenvagina draait namelijk met de klok mee, de penis tegen de klok in. De vagina vormt dus geen romantisch ensemble met de penis, integendeel.
Nu zijn woerden zo’n beetje de enige vogels met een penis en ook de enige die vrouwen verkrachten. Andere vogels drukken hun cloaca’s (m/v) tegen elkaar.
Meerdere woerden achtervolgen een eend soms net zo lang tot ze zich gewonnen geeft. Uitgeput laat ze zich bestijgen, worstelend om haar snavel boven water te houden. Soms verdrinkt ze. Blijkbaar hebben mannen en vrouwen niet altijd evenveel baat bij een paring. Vandaar dat muskuseenden het hun verkrachters lastig maken met hun inwendige spiraaltjes.
Muskuseenden zijn door Patricia Brennan van de Yale universiteit onderzocht. Ze liet fokwoerden, die hun hele leven niets anders doen dan zaad lozen in glazen buisjes, voor de afwisseling in spiraalbuisjes lozen. Een woerd bleek in een recht buisje gemiddeld binnen een derde van een seconde zijn hoogtepunt te bereiken, waarbij zijn gekatapulteerde orgaan twintig centimeter mat. Lang? Stekelstaarteenden halen dertig centimeter, Argentijnse meereenden ruim veertig. In een glazen imitatie-eendenvagina lukte het slechts één van de acht muskuswoerden binnen te dringen. Ook in de sloot zien we woerden langer bezig dan een derde seconde. Alleen als een eend de worstelende woerd wil, draait ze haar achterste zo, dat de daad ineens soepel en snel verloopt. Hoeveel last ze ook van die opdringerige woerden heeft, de eend bepaalt of de woerd slaagt en wie de vader wordt van haar kuikens. In die zin is zij aan de winnende hand in de seksuele wapenwedloop. Kennelijk is dat een wedloop tussen man en vrouw, niet zozeer tussen man en man.
Of er nou een wedloop is tussen seksen van de andere of van dezelfde kunne, over één ding zijn biologen het wel eens: de wedloop kan bijdragen aan soortvorming. Als de geslachtsorganen tussen twee populaties op den duur niet meer passen, wordt er immers niet meer gepaard en kan een soort zich splitsen. Want soort zoekt soort, dat weet iedereen.